juli 2019 (update december 2022)
Je executieve functies (EF) zijn de regelfuncties van je hersenen, die nodig zijn om ons gedrag en denken te sturen, om zo het beste te kunnen handelen. Je gebruik ze iedere dag, of je nu een afspraak bij de huisarts maakt, boodschappen doet of een moeilijke rekentaak oplost.
Je brein als computer
Kinderen die niet snel kunnen starten met hun taak. Die snel boos worden of moeite hebben met veranderingen. Kinderen die veel afgeleid worden door alles om hen heen of moeite hebben om naar zichzelf te kijken. Die moeite hebben met de tijd en planning of organisatie. Die kunnen wel wat hulp gebruiken bij hun executieve functies.
Om het beter te begrijpen en het uit te kunnen leggen aan kinderen (en volwassenen 🙂 ) is een metafoor handig. Ik gebruik hiervoor een computer. Eén van mijn leerlingen kwam op het idee, dat hij zijn hersenen zag als een computer. De ‘aanknop’ staat voor taakinitiatie, zo vertelde hij. Ik ben hier verder op door gegaan en heb een online training voor kinderen gemaakt met de computer als uitgangspunt, ‘Je brein als computer’. Zo staat het ‘WIFI-signaal’ voor de volgehouden aandacht. Deze executieve functie is vrijwel altijd een punt van aandacht bij de kinderen die ik begeleid. Wanneer ik start met een training EF weet ik nog niet welke punten ik ga behandelen (omdat ik de kinderen eerst vraag een vragenlijst in te vullen), maar ik begin meestal wel met de volgehouden aandacht!
Je kunt de poster ‘Je brein als computer’ hier downloaden voor €2,50.
Welke executieve functies zijn er?
De meest gebruikte format van de executieve functies heeft 11 functies verdeeld in denken en doen. Een aantal worden vaak samengevoegd. Alle executieve functies houden eigenlijk verband met elkaar, het een kan niet zonder het ander.
Onder denken valt:
- werkgeheugen; Het ‘kladblokje’ tussen je korte termijn geheugen (de opdracht) en je lange termijn geheugen (de strategie en wat je verder hebt geautomatiseerd).
- planning/organisatie; Het kunnen plannen, je eraan houden en zorgen dat je werkplek opgeruimd is.
- timemanagement; Het in de gaten houden van de tijd.
- metacognitie; Het kunnen kijken naar jezelf, wat kan er beter en wat ging al goed?
Onder doen valt:
- responsinhibitie; Eerst denken en dan pas doen.
- emotie regulatie; Je kunnen inhouden als het niet gaat zoals je wilt.
- volgehouden aandacht/doelgericht gedrag; Je kunnen concentreren en je niet laten afleiden.
- taakinitiatie; Het starten aan je (niet leuke of moeilijke) taak.
- flexibiliteit; Als iets anders gaat dat je had gepland/gedacht.
Hoe kun je je executieve functies verbeteren?
Thuis
Je kunt heel veel oefenen met de spelletjes uit de kast. Deze gebruik ik dan ook veelvuldig tijdens mijn training met kinderen.
In de online training ‘Je brein als computer’ krijg je als ouder per les (per executieve functie) tips voor spelletjes.
Daarnaast is het goed om je bewust te zijn van wat je kind thuis doet.
Gaat je kind vervelende klusjes uit de weg? Logisch, niemand wil vervelende klusjes doen. Maar dat hoort helaas wel bij het leven. Ga daarover in gesprek. Vertel je eigen vervelende klusjes en vertel wat er gebeurd als jij die vervelende klusjes niet doet. En vooral, wat doe jij om die klusjes toch te doen? Maak je het leuker? Begin je daar mee, zodat je er maar vanaf bent? Stel je ze zelf ook weleens uit en hoe voelde je je?
Kan je kind zich goed concentreren met bouwen of tekenen thuis? Gebruik dat talent! “Je kunt dus goed concentreren als je iets leuk vindt, je bezit dus wel dat talent. Hoe kun je dat talent inzetten bij vervelende klusjes of werken op school?”
Heeft je kind besef van tijd? Heel belangrijk bij het plannen en concentreren. Als je geen tijdsbesef hebt, dan zal je werk vaak niet af zijn. Kijk ook bij mijn artikel ‘Moeite met klokkijken?‘.
Op school
Ook in de klas kun je werken aan de EF. Zo kun je gebruik maken van een bekende methode van Meichenbaum, de beertjesmethode.
Je kunt dit in vele varianten op internet terugvinden; Donald Duck, voetballers, smurfen, Minions. Of laat kinderen een eigen beertjesmethode maken!
Het helpt bij de volgehouden aandacht, de taakinitiatie (starten), plannen/organiseren, metacognitie (checken). Ik introduceer deze vaak bij de taakinitiatie of de volgehouden aandacht, vervolgens kan je dat steeds terugpakken wanneer je een andere EF wilt bespreken.
Ga ook vaker spelletjes doen en vraag de leerlingen wat ze hierbij leren? Zo kun je de link van het spelletje leggen naar het werken in de klas. ‘Kun je binnen de tijd iets bedenken bij het spel? Hoe kun je dat in je werk ook zo doen?’ ‘Kun je je concentreren bij dit spel, waarom nu wel en bij je werk minder goed? Hoe kun je dit oplossen?’
Kijk in de webshop voor meer werkbladen op het gebied van executieve functies en/of talenten. Klik op de categorie ‘executieve functies’.
Verantwoordelijkheid geven
Geef je je kind en/of leerling wel eigen verantwoordelijkheden? Moet je kind zelf aan zijn (school/gym/sport)tas denken of doe jij dat altijd? Herinner jij je kind altijd aan het feit dat het tijd is voor….(vul maar in). Op deze manier wordt hun werkgeheugen niet erg aangesproken en zal dit niet positief gaan ontwikkelen. Moet je leerling ook (deels) zelf zijn weektaak inplannen? Is er een weektaakje naast de dagtaken?
Ga in gesprek met je kind, vertel dat hij (of zij) voortaan zelf moet gaan denken aan de gymtas. Hoe denkt je kind dit te gaan onthouden? Kan hij een briefje ophangen ergens, een timer zetten, het op het planbord schrijven…? Laat je kind zelf iets bedenken. De eerste keren herinner je hem nog een keer, door naar het briefje te wijzen of te vragen of hij op het planbord heeft gekeken. Na een aantal keer ga je het evalueren. Werkt dit zo? Ging het goed? Wat kan er nog anders/beter?
Plusklas
Wil je een plusklas opzetten of is er al een plusklas? Vraag je dan eens af hoeveel vaardigheden je oefent met de kinderen? Wat je veel ziet bij plusklassen is dat er veel ingezet wordt op creëren, evalueren en analyseren, door allemaal verrijkingsmateriaal aan te bieden. Terwijl deze (hoog)begaafde kinderen dat vaak al kunnen. Wat ze missen is het onthouden, begrijpen en toepassen. Ze missen executieve vaardigheden, zoals doelgericht doorzetten, plannen en werkgeheugen trainen.
Ze lopen vaak niet tegen frustratie op, omdat het werk te makkelijk is geweest. Ze leren niet te onthouden, omdat die 10 plaatsen van topografie veel te makkelijk zijn. Je moet dus opdrachten zoeken die gericht zijn op de vaardigheden, niet op de inhoud. Zo kun je dit kind een topografiekaart geven met nog extra rivieren en gebieden. Je kunt aan dit kind uitleggen dat het niet gaat om de plaatsen te leren, maar dat je leert leren. Je differentieert ook met rekenen (ster 1, 2 of 3), dus waarom niet met topografie huiswerk bijvoorbeeld? De plusklas is eigenlijk RT op de vaardigheden!
Geduld
En weet dat je een zaadje plant, dat moet groeien en dat heeft tijd (en herhaling en inzet) nodig!
Wil je meer weten over de online training voor kinderen om de executieve functies te trainen?
Of wil je zelf met je kind/leerling ontdekken welk executieve functie hij/zij al goed kan en welke nog ontwikkeld kunnen worden? Dan kun je het kwartetspel ‘Je brein als computer’ goed inzetten.
Welke executieve functie is bij jouw kind goed ontwikkeld en welke juist niet? Ik ben nieuwsgierig! Laat het me weten in de reactie hieronder.